Masada, Ein Gedi en de Dode zee
5 november:
Om half zeven werden we wakker van de wake-up call. Als we uit het raam kijken zien we alleen maar zand, we zijn midden in de Negev woestijn. We gingen gezamenlijk ontbijten en om acht uur zaten we keurig in de bus zoals was afgesproken. We hebben een heel gezellige groep en er heerst dan ook een geweldige stemming in de bus.
We reden door de Negev woestijn richting Masada. Onderweg was er van alles te zien, waaronder ook dromedarissen. Deze dieren leven niet in het wild maar zijn vaak in het bezit van Bedoïne stammen. De gids vertelde dat het ideale woestijnbeesten zijn. Ze kunnen wel 17 dagen zonder water en binnen een uur kunnen ze wel 130 liter water drinken. De gids is geweldig, hij vertelt precies genoeg en heeft een prettige stem om naar te luisteren. Hij komt oorspronkelijk uit Nederland en is getrouwd met een Israëlische vrouw en woont al een hele tijd hier. Hij weet veel van het land en van de bijbel, zo komen alle verhalen mooi bij elkaar.
Israël bestaat voor twee-derde uit woestijn en toch woont maar 12% van de bevolking in de woestijn. De meeste mensen wonen in de steden. In Tel Aviv alleen al wonen 3 miljoen mensen. In de woestijn zie je maar zo af en toe een boom; dit zijn meestal acaciabomen. De tabernakel en de ark zijn van deze boomsoort gemaakt. De steenbok doet zich graag tegoed aan deze boom en verspreid zo via zijn ontlasting de zaden van deze boom.
Al snel zien we in de verte de Dode zee. In elke liter water zit 330 gram zeezout. De Dode zee is het laagste punt op aarde. Het ligt 400 meter onder de zeespiegel. Daar gaan we later op de dag heen.
Bij Massada aangekomen, gaan we na een sanitaire stop in mooie schone toiletten, met de kabelbaan naar boven.
Massada is een citadel op een rots bij de Dode zee. Hier staan de restanten van verschillende bouwwerken die gemaakt zijn in opdracht van koning Herodes. 40 jaar voor Christus vluchtte Herodes uit Jeruzalem naar deze plek omdat hij in gevaar was. In de jaren daarna werd de burcht door hem uitgebreid, zodat het een veilige vluchtplaats werd. Na de val en de verwoesting van Jeruzalem en de Joodse tempel tijdens de grote Joodse opstand in 70 na Christus, werd er op verschillende moeilijke toegankelijke plaatsen van het land nog verzet gepleegd tegen de Romeinse bezetters, onder meer door de zeloten* bij Massada. Volgens Flavius Josephus vonden de Romeinen, toen zij de rots innamen in 73, de dode lichamen van hun tegenstanders die massaal zelfmoord hadden gepleegd.
Het paleis bevindt zich aan de noordzijde omdat het daar koeler was, het is echter niet zeker of hij daar ooit heeft gewoond.
*Zeloten waren mensen die de strijd tegen de Romeinen doorzetten (fanatici) Simon, de discipel, was ook een zeloot. Zij zagen zichzelf als ijveraars van het geloof, wat betekende dat zij geen andere heer boven zich dulden als God alleen.
Nadat alle flesjes water weer waren aangevuld, gingen een aantal mensen via het slangenpad naar beneden. De rest ging terug met de kabelbaan. Het slangenpad is heel oud, het is al beschreven door Josephus. Volgens An. moest het in een half uurtje te doen zijn, maar dat klopte niet helemaal. Het had zeer onregelmatige treden en bovendien was het erg warm. Maar aan de hand van An. had ik wat meer houvast en ter verkoeling schonk hij zijn flesje water leeg over mijn hoofd. Maar uiteindelijk kwamen we moe maar voldaan weer beneden en werden bestempeld als echte kanjers!
Ein Gedi (bron van de jonge geit)
We gingen snel verder naar Ein Gedi, een oude nederzetting aan de oever van de Dode zee. Het staat bekend om zijn bronnen en watervallen. Ein Gedi was één van de eerste woestijnnederzettingen van de stam Juda. David verschuilde zich hier voor koning Saul, nadat hij een stukje van diens mantel had gescheurd.
Het was een behoorlijke klauterpartij, maar beslist de moeite waard. We leken wel heel klein tussen al die reusachtige stenen. Er waren ook groepen schooljeugd, die het water in gingen met kleren, schoenen en sokken aan.
De Dode zee
We daalden verder af naar Qumran. Hier werden in 1947 Dode zee rollen gevonden met Bijbelse teksten die zo'n 100 jaar ouder waren als de beschikbare rollen. Ze waren verstopt voor de Romeinen.
Na de lunch gingen we richting Dode zee. De meesten van ons hadden zwemspullen mee om het drijfgevoel te ervaren. Het was een hilarische toestand. De bodem van de Dode zee is onvoorspelbaar: dan weer rotsen en dan opeens een soort van drijfzand. Mijn dochter kwam gelijk al vast te zitten. Ze werd door drie vrouwen uit de blubber getrokken en dat kostte haar de voetzolen van de (nieuwe) sandalen. Waarschijnlijk worden ze over tientallen jaren teruggevonden en denkt iedereen dat het de sandalen van...….
Maar uiteindelijk lag iedereen mooi te drijven. We mochten maar maximaal 10 minuten in de Dode zee, omdat het anders je gezondheid kan schaden. Maar om weer uit de zee te komen bleek nog een hele klus te zijn. Het leek wel of iedereen dronken was, sommigen kwamen er op handen en voeten weer uit. De lachspieren werden in ieder geval goed getraind.
Nadat iedereen weer was schoongespoeld gingen we richting ons hotel in Jeruzalem, genaamd Prima Royale. Het was hier een stuk kouder. Jeruzalem ligt 800 meter boven de zeespiegel. Jeruzalem betekent 'stad van vrede ', maar wordt ook wel stad van de Kanaïtische God genoemd.