Bellagio

Vanmorgen hebben we lekker uitgeslapen. Tegen half tien werden we wakker met het vertrouwde getik van de regen op het dak van de caravan. Maar tegen 10.00 was het warempel droog en de zon deed wanhopig zijn best het gevecht te winnen. Uiteindelijk was het niet eens zo’n slechte dag, want regende het de afgelopen week onafgebroken, nu viel er zo nu en dan een bui. En de temperatuur was goed. Vandaag hadden wij Balaggio op het programma staan. Met de boot van 11.14 vertrokken we. Alleen de bootreis is al leuk, heel wat anders als die snelle boot van gisteren. Balaggio is een heel mooi stadje, wat tegen de bergen is aangebouwd en alle straatjes lopen trapsgewijs omhoog. Dus na heel wat geklauter vonden wij dat wij op een terrasje wel een cappuccino konden pikken, we hebben tenslotte vakantie. Vanmiddag gingen we weer terug met de veerboot. In Menoggio hebben we een lekker ijsje gegeten en toen gingen we weer terug naar de camping. Net op tijd want het was al weer te lang droog geweest. Toen hebben we wat gegeten en zijn vertrokken richting waterval, die we natuurlijk (zijn wij nu echt zo dom) niet konden vinden. Het was wel een pittige wandeling, waarbij het luie zweet goed los is gekomen. Manlief heeft de buurman nog met raad en daad bijgestaan (niet echt) want die was gisteren over een kei gereden en zijn hele uitlaat was er af gevallen.

Hij kwam de camping oprijden met de uitlaat in de kofferbak. Het is hier wel heel gezellig, zo nu en dan maken we even een praatje over en weer. Al met al was het een echte vakantiedag, een hele geslaagde dag.

 

We zaten vandaag met ons hoofd in de wolken, letterlijk en figuurlijk. Het was vandaag droog en de temperatuur was goed, 20 graden. We besloten om naar het balkon van Italië  te gaan. Dat ligt boven op een berg en er werd gezegd dat je bij helder weer alle drie meren kon zien: het Comomeer, het Pianomeer en het meer van Lugano. Aangezien onze navigatie het overal doet, behalve in Italië (waarschijnlijk een fabrieksfoutje) navigeerde ik ons naar dat bijzondere plekje. We gingen tot 1297 meter hoogte. Maar toen we arriveerden zaten we dus letterlijk met ons hoofd in de wolken. Alles wat we zagen was één grote grijze massa. Wat jammer, maar zei manlief: we wachten even wie weet drijft de wolk wel voorbij. En na een kwartiertje had hij al weer gelijk, want het was net of er een gordijn werd losgetrokken en wat we toen zagen was met geen pen te beschrijven, zo verschrikkelijk mooi. Het klopte dat we het hele gebied in één keer zagen, ook al was het niet super helder. De tranen liepen mij over de wangen, zo mooi was het. We konden er haast geen genoeg van krijgen. We raakten met Duitse en Belgische mensen aan de praat, het was bijna gezellig.

Toen moesten we weer terug en dat is altijd een probleem, want veel richtingsborden staan er hier niet en op een gegeven moment aan het eind van een hele smalle straat stonden wij bij mensen achter het huis en konden geen kant meer op. Dan maar weer terug over een straat die 18% steil was. Maar wonder boven wonder kwamen we weer op de goede weg terecht en zijn het meer van Lugano verder omgereden. We wilden nog een kopje koffie drinken bij een leuk restaurant, maar schrokken zo van de prijs dat we maar snel weer zijn ingestapt. Later beseften wij dat het Zwitserse Franks waren en geen euro’s. Dezelfde fout hadden we ook gemaakt met de benzineprijzen, die volgens ons in Zwitserland echt de pan uitrezen. Maar de benzine is hier heel goedkoop, we hebben vandaag € 1,39 betaald.

Terug op de camping hebben we een broodje gegeten en een praatje met de buren gemaakt en toen gingen we weer op stap  naar het Sint Georgskerkje in de bergen. Het was een hele klus om er te komen, maar zijn er uiteindelijk toch gekomen, En op het steile pad kwam vandaag, voor het eerst deze week, de zon door en was het meteen heel erg warm. We hadden natuurlijk geen water of niks meegenomen.  Het was een luguber kerkje want in de kapel, lagen allemaal  schedels en stukken bot. Er zijn ook heel veel familiekelders waar hele families in worden begraven (nadat ze zijn overleden) van verschillende generaties.

Terug op de camping zijn we nog even bij het meer wezen kijken waar heel veel mensen aan het roeien waren en hebben we heerlijk gegeten. Ik heb ook een tiramisu toetje genomen want als je in Italië bent moet je natuurlijk dat wel gegeten hebben.  Ik moet van Carlo de groeten doen aan mijn zus en de lieve kleinzoon, en natuurlijk ook aan  de rest van de familie. 

Daarna zijn we nog even de camping over gelopen. Het is echt een mooie camping, wij snappen heel goed waarom mensen hier graag komen. Gastvrij, privacy en alles heel netjes en schoon. Er kwam een camper aanrijden zo groot als een touringcar, ik heb er een foto van gemaakt zo luxe. Hij belde gisteren al naar Agaat en die zei, wat moet die Franse vent hier met zijn grote camper in onze smalle paadjes, die komt hier nooit naar beneden, maar hij parkeerde zonder enige inspanning zijn grote mobiele bungalow op de plek.

We zitten nu aan de koffie en hebben alles al grotendeels ingepakt. Morgen hebben we een hotel geboekt in Menton (1 kilometer vanaf Monaco.) Maar eerst ga ik mijn echtgenoot nog even inmaken met scrabble (is me nog niet gelukt van de week)