Het Egyptische leven
We gaan vandaag ook op bezoek bij een Nubische familie. Ze wonen heel erg afgelegen. Alle generaties wonen onder één dak. Het is heel primitief maar erg schoon en netjes binnen. Ze houden krokodillen als huisdier, met de bedoeling als ze groot zijn, van de huid tassen etc. te maken en die weer te verkopen. Ze proberen ook kruiden en gebreide of gehaakte dingen, sierraden en muziekinstrumenten aan de man te brengen. Allemaal handwerk. Bijna iedereen koopt wel wat, al is het maar voor de geboden gastvrijheid. En het kost allemaal net niks. Degene die dat willen mogen de babykrokodil vast houden. Je zou het niet verwachten maar de huid van de krokodil is heel erg zacht. Iedereen die dat wil mag ook op een kameel rijden. De beesten zijn heel erg groot en ze stinken enorm. Onze echtgenoten durven het wel aan, en wij kijken toe.
De schoolkinderen dragen hier allemaal uniformen. We gaan met een aantal bootgenoten het stadje in. Het voelt niet erg veilig, maar gelukkig hebben we onze eigen bodyguards meegenomen. De Egyptenaren zijn heel opdringerig en willen overal een slaatje uit slaan. De verkoop is opdringerig en agressief. Ze willen overal geld voor en vragen enorm hoge prijzen voor hun spulletjes. Ik wilde graag 3 piramides van glas meenemen voor mijn moeder, als souvenir. De vraagprijs was 75 Engelse ponden, en ik kreeg het uiteindelijk mee voor 15. Ze willen erg graag verkopen en lopen gewoon met je mee tot je overstag gaat.
Het vlees hangt gewoon buiten (het is 50 graden), en er zitten duizenden vliegen op. Overal ligt afval op de grond. De vrouwen dragen grote volle tassen op hun hoofd. Het is een belevenis op zich, we kijken onze ogen uit. Wij zijn gelukkig met ons zessen, maar een ouder echtpaar die ook met onze boot mee reizen, staan helemaal ontredderd tussen een hele groep Egyptische mannen. Wij nemen hen maar snel op sleeptouw. (het echtpaar)